DOSSIERS
Alle dossiers
Gepubliceerd op vrijdag 21 juli 2017
LS&R 1483
Hof Den Haag ||
31 jan 2017
Hof Den Haag 31 jan 2017, LS&R 1483; ECLI:NL:GHDHA:2017:2103 (Chiropractor), https://lsenr.nl/artikelen/chiropractor-geen-beschermde-titel-en-niet-in-strijd-met-wet-big

"Chiropractor" geen beschermde titel en niet in strijd met wet BIG

Hof Den Haag 31 januari 2017, LS&R 1483; ECLI:NL:GHDHA:2017:2103 (Chiropractor) Titel chiropractor. Wet BIG. SNRC vordert geïntimeerde te verbieden om zich als werkzoekende chiropraktor aan te bieden, deze benaming in zijn KvK-inschrijving te verwijderen en hem te verbieden om zich op welke manier dan ook aan te duiden als chiropractor. Volgens het hof is geen sprake van onrechtmatig handelen van geïntimeerde. Het enkele feit dat een deel van in Nederland werkende chiropractoren zich bij SNRC heeft laten registreren en SNRC zelf normen heeft opgesteld, betekent niet dat sprake is van een professionele standaard. Daarbij stelt de wet BIG ook geen opleidingseisen aan chiropractoren.

3.4 Naar het oordeel van het hof is geen sprake van onrechtmatig handelen van [geïntimeerde] jegens SNRC c.s. Het enkele feit dat een deel van in Nederland werkende chiropractoren zich bij SNRC heeft laten registreren en SNRC zelf normen heeft opgesteld, betekent niet dat sprake is van een professionele standaard. SNRC c.s. heeft ook niets gesteld over de wijze van totstandkoming van haar normen en evenmin is aangetoond dat deze normen breed gedragen worden door de beroepsgroep, die bovendien niet vastomlijnd is. Het is ook niet aan SNRC om te bepalen wie al dan niet als chiropractor kan worden aangemerkt. Het hof is dan ook met de rechtbank van oordeel dat niet is gebleken op welke wijze [geïntimeerde] gebonden is aan de door SNRC zelf opgestelde normen, laat staan dat SNRC c.s. de bevoegdheid toekomt om handhaving van haar normen jegens [geïntimeerde] af te dwingen.
Zonder nadere toelichting, die ontbreekt, kan evenmin worden aangenomen dat [geïntimeerde] gebonden is aan voorstellen van de WHO ten aanzien van een opleiding voor chiropractoren. Overigens heeft SNRC c.s. in dit verband niet verwezen naar de Guidelines on Basic Training and Safety in Chiropractic zelf, maar slechts naar een bijlage daarbij met het opschrift: “Annex 2: A sample four-year, full-time accredited programme” (zie productie 10 van SNRC c.s.). De bijlage betreft een voorbeeld van een “chiropractic programme”. Ten onrechte meent SNRC c.s. hieruit te kunnen afleiden dat in Nederland als professionele standaard geldt dat eenieder die zich chiropractor noemt, een opleiding overeenkomstig dit voorbeeld moet hebben gevolgd. Zoals overwogen stelt de in deze relevante wet, de wet BIG, geen opleidingseisen aan chiropractoren. Hoeveel relevante opleidingsuren [geïntimeerde] in Duitsland heeft gevolgd – partijen strijden daarover – kan verder in het midden blijven.

3.5 De conclusie uit het voorgaande is dat geen sprake is van onrechtmatig handelen van [geïntimeerde] jegens SNRC c.s. Het hof onderschrijft hetgeen de rechtbank in de bestreden rechtsoverwegingen 4.2 tot en met 4.7 van het vonnis heeft overwogen. De grieven 1 tot en met 7 falen daarom, evenals grief 10, omdat geen sprake is van een oneerlijke handelspraktijk doordat [geïntimeerde] zich chiropractor noemt.